logo

Postelectorale fase

Postelectorale fase

Ordonnantie van 23 juli 2012 tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet teneinde de verkiezing van het voorzitterschap van de gemeenteraad te regelen.


In principe spreekt elke nieuwe assemblee zich uit over de regelmatigheid van zijn verkiezing en onderzoekt het de geloofsbrieven van zijn leden. Zij oordeelt ook over de onverenigbaarheden die een bepaald lid treffen.

Voor wat echter de geldigheid van de gemeenteraadsverkiezingen betreft, is er bij het Rechtscollege, zoals bedoeld in artikel 83quinquies, §2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse instellingen, en eventueel bij de Raad van State een bijzondere procedure voorzien tot vernietiging van de verkiezing of wijziging van de zetelverdeling.

Het onderzoek naar de geldigheid van de gemeenteraadsverkiezingen is door de wet in eerste instantie toegekend aan het Rechtscollege en in beroep aan de Raad van State. Beiden kunnen de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen vernietigen. 

Rechtscollege

Bezwaren

Het onderzoek van de geldigheid van de verkiezing geschiedt als gevolg van bezwaren die enkel kunnen worden ingediend door de kandidaten. Elk bezwaar moet op straffe van verval schriftelijk worden voorgelegd binnen 10 dagen te rekenen vanaf de dagtekening van het proces-verbaal van de verkiezing. Elk bezwaar moet ook de identiteit en de woonplaats van de indiener van het bezwaar vermelden. De uitspraak gebeurt binnen de 30 dagen na het indienen van het bezwaar.

Het Rechtscollege kan de verkiezing alleen ongeldig verklaren wanneer de vastgestelde  onregelmatigheden van die aard zijn dat zij de zetelverdeling tussen de lijsten kunnen beïnvloeden.

De onregelmatigheden die geen invloed hebben gehad op het resultaat en geen andere zetelverdeling tot gevolg hebben, geven geen aanleiding tot vernietiging van de verkiezing. Indien het Rechtscollege binnen dertig dagen na indiening van het bezwaar geen uitspraak heeft gedaan, wordt het bezwaar als verworpen beschouwd en is de uitslag van de verkiezing, vastgesteld door het hoofdbureau, definitief.

De vernietiging van de verkiezingen hangt bijgevolg af van de weerslag die de onregelmatigheid heeft op de zetelverdeling tussen de verschillende lijsten.

Het Rechtscollege kan dus een verkiezing niet vernietigen omwille van het feit dat er onregelmatigheden zijn gebeurd zonder dat men kan achterhalen of deze onregelmatigheden invloed hebben gehad op de zetelverdeling.

Indien geen enkel bezwaar wordt ingediend binnen de gestelde termijn, worden de verkiezingen als geldig beschouwd.

De nieuwe gemeenteraden worden pas geïnstalleerd nadat het Rechtscollege de bezwaren heeft verworpen of na verloop van de termijn waarbinnen bezwaar moet worden ingediend.

 

De bezwaren gesteund op de schending van de wet van 7 juli 1994 betreffende de beperking en controle op de verkiezingsuitgaven, naar aanleiding van de verkiezingen van de gemeenteraden en OCMW-raden worden ingediend bij het Rechtscollege binnen de 45 dagen na de dag van de verkiezingen. Het rechtscollege neemt binnen de 90 dagen na indiening van het bezwaar een beslissing. De schending van deze wet kan voor de kandidaat die deze onregelmatigheid begaan heeft leiden tot de vervallenverklaring van zijn mandaat.

Ambtshalve controle

Het Rechtscollege heeft ook de taak te waken over de correcte berekening van de zetelverdelingen en van de rangorde van de raadsleden. 

Wanneer er geen bezwaar is ingediend, beperkt het Rechtscollege zich tot het onderzoek van de juistheid van de zetelverdeling tussen de lijsten en van de rangorde waarin de raadsleden en de opvolgers gekozen zijn verklaard. Het Rechtscollege doet uitspraak over de geloofsbrieven van de verkozenen en de opvolgers en kan ambtshalve hun verkiesbaarheid onderzoeken en de rangorde wijzigen.

Het wijzigt, in voorkomend geval, ambtshalve de zetelverdeling en de rangorde. Het zal niet ambtshalve de verkiezing ongeldig verklaren. Het Rechtscollege kan immers de verkiezing alleen ongeldig verklaren op grond van een bezwaar.

Raad van State

De Raad van State oordeelt in hoger beroep over beslissingen van het Rechtscollege. De Raad van State oordeelt in deze hoedanigheid niet uitsluitend over de wettigheid van de beslissing van het Rechtscollege en beperkt zich dus niet tot het louter vernietigen van de bestreden beslissing. Hij beslecht zelf het geschil. 

Het beroep bij de Raad van State is niet schorsend, behalve wanneer de beslissing van het Rechtscollege de verkiezing vernietigt of de verdeling van de zetels onder de lijsten wijzigt.

Deze regeling moet vermijden dat klachten worden ingediend enkel en alleen om de installatie van de nieuwe gemeenteraad te verhinderen.

Het beroep bij de Raad van State kan worden ingesteld door de kandidaten die bezwaar hebben ingediend bij het Rechtscollege en aan wie de beslissing van het Rechtscollege is bekendgemaakt.

Op straffe van nietigheid moet het beroep ingediend worden binnen de 8 dagen volgend op de betekening van de beslissing of bij ontstentenis van beslissing van het Rechtscollege.

Het verzoekschrift, ondertekend door een advocaat of door de partij zelf, moet bij aangetekende brief worden gericht aan de Raad van State en moet de naam, hoedanigheid en woonplaats van iedere verzoekende partij vermelden en een uiteenzetting van de feiten en de middelen. 

Voor de ontvankelijkheid van de middelen is vereist dat zij in eerste aanleg voor het Rechtscollege door dezelfde eiser worden aangevoerd. Van deze regel wordt slechts afgeweken indien het om een middel van openbare orde gaat of indien men kan bewijzen dat het nieuwe middel voordien, voor het Rechtscollege, niet kon worden aangevoerd, omdat men toen de feiten niet kon kennen die aan dit middel ten grondslag lagen.

Het arrest moet binnen de 60 dagen na indiening van het beroep met redenen omkleed en in openbare zitting worden uitgesproken.